In gesprek met

Cors Westerdijk

Directeur

  • Van: Lucent College
  • Leeftijd: 57
  • Houdt van: Ontspanning na inspanning
  • Favoriete plek in Het Gooi: Hei bij een zondagse zonsopgang

“Onze leraren zijn in the lead, zij geven vorm aan onze visie”

Anderen helpen in hun ontwikkeling en sport, dat zijn de twee passies van Cors Westerdijk. Bijna 35 jaar geleden was dat zijn drijfveer om sportleraar te worden. Ook nu hij directeur is van Lucent College, een kleinschalige school voor mavo/havo in Hilversum, brengt Cors met hart en ziel leerlingen en leraren tot ontwikkeling.

“Het in beweging brengen van een organisatie vind ik minstens zo leuk als het in beweging brengen van een klas en individuele leerlingen. Samen met anderen ontwikkeling mogelijk maken en beweging stimuleren, dat is wat mij drijft. Daarom zijn de leraren op onze school in the lead. Zij geven onze visie en ons lesaanbod vorm. Ik zeg niet: dit is het programma, dit zijn de doelen, dit gaan we doen. Maar meer: dit zijn de kaders, dit is de richting, hoe ga jij daar samen met je collega’s vorm aan geven? Iedere leraar heeft zijn of haar expertise, netwerk en interesses. Daar maken we als school graag gebruik van. Het geeft mij de ruimte om me bezig te houden met beleid en schoolontwikkeling.”

Coördinerende rol

“Een vijftal leraren vervult een cruciale coördinatierol, zonder hiërarchische structuur. Samen met een team van collega’s werken zij een deel van onze visie uit. Drie domeincoördinatoren zijn meer vakgericht. Zij hebben als focus om het onderwijs aantrekkelijker, beter, effectiever en resultaatgerichter te maken. De andere twee coördinatoren zijn meer gericht op leerlingactiviteiten en het mentoraat voor de onder- en bovenbouw. Zo’n coördinatorrol is een prachtige carrièrekans voor jonge leraren. Je hoeft niet per se heel ervaren te zijn om deze rol te vervullen.”

Visie en ambities

“Daarnaast hebben we onze visie vertaald in enkele ambities. Ook daarvoor zetten leraren zich in. Zo is er een werkgroep Leren leren. Die onderzoekt hoe we de plan- en studievaardigheden van leerlingen naar een hoger level kunnen tillen. Dat is echt een uitdaging, omdat er geen speciaal vak studievaardigheden bestaat. De expertgroepen komen met een voorstel, leggen het voor aan de schoolleiding en daarna wordt er een besluit genomen door de medezeggenschapsraad. Daar zijn dus ook leerlingen en ouders bij betrokken.”

Kleinschalig en persoonlijk

“Onze leerlingen én leraren kiezen bewust voor onze school vanwege de kleinschaligheid en de persoonlijke aandacht. We hebben drie klassen per leerjaar en maximaal 25 leerlingen per klas. Daardoor kent iedereen elkaar, dat voelt al snel vertrouwd. Bovendien worden onze leerlingen intensief begeleid. Iedere leerling heeft een eigen coach. Elke twee of drie weken spreken zij elkaar, en als het nodig is vaker. Iedere coach heeft zo’n twaalf leerlingen onder zijn of haar hoede en twee coaches samen begeleiden één mentorklas. De tevredenheid van onze leerlingen is dan ook heel hoog, met name als het gaat om de veilige sfeer en het prettige contact met medeleerlingen en het personeel.”

Mix van onderwijssoorten

“Leerlingen en leraren kiezen ook vanwege de praktische insteek voor onze school. Wij bieden een mix van onderwijssoorten, zodat de leerlingen kennis en ervaring opdoen op meerdere gebieden, we werken daarvoor in drie domeinen. Ten eerste zijn er de kernvakken Nederlands, Engels en wiskunde in het domein van de fundamentals. Daar ligt de nadruk op leren met instructie. Ten tweede zijn er de mens- en maatschappijvakken, de humanics, met een mix van instructieleren en projectmatig leren. En ten derde hebben we de praktijkvakken. Daarbij draait het vooral om samenwerken, je creativiteit ontdekken en leren hoe het werkt in de echte wereld. Daarom werken we met projecten en opdrachten van echte opdrachtgevers van buiten de school. Ons Bèta Challenge Programma is zo’n beetje de evenknie van het Technasium voor havo/vwo. Het geeft leerlingen direct een beeld van wat ze later kunnen worden.”

Technologie

“Technologische ontwikkelingen verweven we zo veel mogelijk in onze lessen. Zo maakten leerlingen hun profielwerkstuk voorheen op papier. Nu verwerken ze hun onderzoek, interviews en enquêtes in een korte documentaire. In de eerste schooljaren leren ze daarvoor al de praktische dingen, zoals filmen en editen. Later komen daar de onderzoeks- en interviewtechnieken bij. Ook van artificial intelligence (AI) maken sommige leraren gebruik. Dan zullen we onze leerlingen ook moeten gaan leren hoe ze het kunnen gebruiken en hoe ze verstandig kunnen omgaan met alle digitale ontwikkelingen.”

Twee soorten jonge leraren

“Leraren kunnen ‘jong’ zijn vanwege hun leeftijd of vanwege hun onderwijservaring (de zij-instromers). De net afgestudeerden hebben nog niet zoveel levenservaring, maar wel heel veel frisheid, energie en flexibiliteit. En ze weten goed gebruik te maken van technologie. De zij-instromers brengen vooral veel levenservaring en kennis met zich mee. Ze kijken nieuwsgierig tegen het onderwijs aan en stellen kritische vragen waarom we dingen doen zoals we ze doen. Dat is waardevol. Beide groepen leraren wil ik heel graag binnenhalen. En voor beide groepen is de grootste uitdaging om de klik met de leerlingen te krijgen, het klassenmanagement op orde te hebben en de groepsdynamiek te sturen. Als dat lukt, hebben ze een prachtbaan.”

Coach voor leraren

“Alle nieuwe leraren worden gecoacht. Daarvoor hebben we diverse collega’s speciaal opgeleid. Aan de hand van videobeelden analyseren leraren samen met hun coach hun interactie met de klas. Daarnaast heeft elke nieuwe leraar een buddy die meedenkt over de praktische kant van lesgeven, zoals: hoe maak je een studiewijzer of een toets? Soms vervullen de buddy’s ook de rol van werkplekbegeleider voor stagiairs.

Advies voor twijfelaars

“Wat ik zou willen zeggen tegen studenten of zij-instromers die twijfelen over het onderwijs? Ga eens bijles geven aan scholieren of kom eens een dag proefdraaien. Dan merk je al snel of het iets voor je is. Je krijgt echt een andere blik op het onderwijs als je aan de andere kant van de tafel zit. Het geeft een enorme boost om een bijdrage te leveren aan de toekomst van jongeren. Ook van zij-instromers hoor ik dat terug: in het onderwijs heb je een enorm betekenisvolle baan.”

Nicole Lagendijk

Ze is opgeklommen van leraar Nederlands naar schoolleider van twee scholen van stichting Volant. Daarnaast maakt ze deel uit van het centraal managementteam van Volant. Vanuit die rol vertelt Nicole Lagendijk over carrièrekansen in het onderwijs.

Eva Casteleijn

‘Je hebt je eigen toko. In het klaslokaal ben jij de baas. Natuurlijk ligt er een curriculum. Dat is de basis en geeft houvast. Maar daarbinnen hebben leraren veel vrijheid als het om het inrichten van de les gaat. Als er iets gebeurt in de wereld, dan spring je daar op in. Verrijk je de lessen. Leraren zijn vaak een beetje eigenwijs. Op een goede manier. Ik moet met goede argumenten als ik iets er iets doorheen wil krijgen.’ Aan het woord is Eva Casteleijn, rector bij Laar & Berg. Een scholengemeenschap voor tweetalig havo en vwo, tussen Hilversum en Laren.

Nigel Sinkeler

Nigel Sinkeler is met zijn 34 jaar een jonge schoolleider. Zijn leercurve verloopt steil, constateert Leraar in het Gooi. Hij ging zelf naar het vmbo en heeft onlangs zijn opleiding voor schoolleider afgerond. Stil zitten doet hij niet, letterlijk en figuurlijk. Hij werkt, is aan het sporten of in de weer met zijn jonge gezin. We gaan in gesprek met Nigel Sinkeler. Hij is, samen met Julia Nieuwenhuis, schoolleider van Yuverta Naarden. Een school voor alle niveaus van het vmbo.

Gerdine Jongeneel

'Toen ik hier kwam heb ik veel werk gemaakt van het voor het voetlicht brengen van de kwaliteiten van deze school. Met een nieuwe huisstijl en website, maar vooral in persoonlijke contacten. Ik wilde graag een uitnodigende school. Een school waar de deuren openstaan, letterlijk en figuurlijk.  Zo dadelijk heb ik nog een gesprek met iemand. Ik heb nu misschien geen concrete vacature voor deze persoon, maar sta altijd open voor een kennismaking.’

Lars Bremekamp

Het had niet veel gescheeld of hij was professioneel skiër geworden. Door een knieblessure ruilde hij, als jonge twintiger, zijn droom van een internationale skicarrière in voor het leraarschap. Dat dit zeker geen tweede keus was, blijkt uit zijn aanstekelijke enthousiasme voor het onderwijs, dat er tijdens het gesprek met Leraar in het Gooi van afspat. Maak kennis met Lars Bremekamp, sinds 3,5 jaar directeur van de Gooise Praktijkschool. Een school in Hilversum waar leerlingen van 12 tot 18 jaar praktijkonderwijs volgen.    

René Karman

Hoewel het nog lukt om vacatures te vervullen, ziet René Karman, rector op het A. Roland Holst college, wel dat het steeds moeilijker wordt. ‘De arbeidsmarkt is krap en dat merken we ook in het Gooi.’ Hij juicht regionaal samenwerken dan ook toe. ‘Een informatiebijeenkomst voor geïnteresseerde zij-instromers, zoals nu op 12 mei staat gepland, helpt. Zeker als de opleidingsinstituten aanhaken. Door school- en bestuursoverstijgend te werven, krijgt ieder kind de leraar voor de klas die het verdient.

Jeroen Zaagmans

Jeroen Zaagmans is het levende bewijs van iemand die zichzelf binnen de Alberdingk Thijm scholen steeds breder en verder heeft ontwikkeld. Door de sterke samenwerking binnen de Alberdingk Thijm scholen heeft Jeroen volop kansen gekregen én gegrepen. Sinds januari 2020 stuurt hij

Petra Laseur

Na vier jaar met veel plezier wethouder te zijn geweest, was het voor Petra Laseur heel duidelijk; haar  hart ligt in het onderwijs. Ze miste de leerlingen, de ‘buzz’ van de school en de bevlogenheid van de  docenten. Na enkele jaren rector van twee middelbare scholen te zijn geweest, is zij sinds augustus van dit jaar  bestuurder van het SIVOG.

Gerlof Boersma

Een echte onderwijsman, noemt Gerlof Boersma zichzelf. Hij somt als bewijsvoering in razend tempo zijn loopbaan in het onderwijs op. Begonnen als vmbo-docent via teamleider en mbo-directeur naar rector/bestuurder van het Erfgooiers College in Huizen. De regionale aanpak voor docenten in het Gooi voegt wat hem betreft veel toe: ‘Ik geloof niet in concurrentie'.